Een straat voor Rudolphus Lauwerier

In "De Gelderlander" van 11 mei 1992 wordt in een artikel melding gemaakt van de acceptatie door B en W van Nijmegen van een voorstel voor een aantal nieuwe straatnamen. Naast enkele paters Jezuieten zullen enkele nieuwe straten naar "plaatselijke kunstenaars" genoemd worden. Eén van de plaatselijke kunstenaars die geërd wordt door toekenning van een "eigen" straat is Rudolphus Lauwerier, "die in de vorige eeuw faam verwierf door de wijze waarop hij de geslechte poorten en wallen van de stad vereeuwigde". Wie was deze Lauwerier ??

Op 20 december 1797 wordt in Nijmegen in de RK kerk van de Augustijnen een jongetje gedoopt als zevende kind van Gerardus Lauwerier en Maria Claessen Crans (1). Hij kreeg de naam Rudolphus, wat dezelfde naam was, als zijn broer die op 23 februari 1796 gedoopt werd, maar zoals zovele baby's destijds, zijn derde levensjaar niet haalde en op 9 september 1797 begraven werd (2).

Rudolphus Lauwerier groeide op in een gezin met vier kinderen: Jacobus, Gerardus, Rudolphus en Gijsbertus. De overige zes kinderen overleefden hun eerste levensjaren niet.
Roelof, zoals Rudolphus' roepnaam luidde, leerde het vak van huisschilder (3). Het vak leerde hij niet van zijn vader want die was timmerman (4). Ook zijn oudere broer Jacobus nam het beroep van zijn vader niet over: hij werd schoenmaker en later oppasser. Alleen Gijsbertus wordt net als zijn vader timmerman (5).

Als zijn moeder op 9.12.1814 overlijdt, woont het gezin op de Hertogsteeg in wijk A op nummer 99 (6). Zijn vader hertrouwt op 7.4.1815 met Johanna Catharina van Zutphen, een weduwe afkomstig uit Udem in Duitsland, die als dienstmeid werkte (7).

Op 28-jarige leeftijd op 20 oktober 1825 trouwde Roelof met de naaister Maria Sibilla Bosman. Zij was de dochter van de bakker Jacobus Bosman en Dorothea van Zutphen (8). Het gezin Bosman woonde in 1816 naast de oma van Rudolphus op de Bloemerstraat wijk B nummer 162 (9).
Na hun huwelijk verliet Roelof het ouderlijk huis en betrok met Maria een woning in de Bloemerstraat. Hij startte daar zijn eigen schildersbedrijf dat nog in 1925 het 100-jarig bestaan vierde (10). Vanaf dat moment is hij "meester verwer" en later zelfs "verwer en rijtuigschilder". Tussen 1826 en 1841 krijgen Roelof en Maria acht kinderen, waarvan er twee jong stierven. Van de vijf zonen treden en vier in hun vaders voetsporen en zetten het schilderbedrijf voort. De vijfde verkiest het beeldhouwersvak (11).

In de loop der jaren verhuist Roelof met zijn gezin diverse keren: eerst van Bloemerstraat 171 naar nummer 189, vervolgens (ca.1840) naar Regulierstraat 483 en daarna naar de Hertogsteeg waar ze tot 1870 blijven wonen op nummer A 115 (12). (Naderhand krijgt dit huis huisnummer Hertogsteeg 19). Op 24.6.1868 overlijdt Maria en Roelof verhuist nadien nog naar de Regulierstraat 475 (ca.1873), de Bloemerstraat 222 (ca.1875) en de Papengas 607 (later huisnummer 24, ca.1880).

Rudolphus Lauwerier (1797-1883)

Op 5.6.1883 overlijdt Roelof op 86-jarige leeftijd. Hij heeft echter de laatste jaren van zijn leven niet nutteloos besteed. Het werk combinerend met het genoegen, besteedde hij veel tijd aan het uitoefenen van de schilderkunst. Hij maakte veelal tekeningen en aquarellen van situaties uit zijn directe omgeving. Van al de gedateerde werken hebben de meeste betrekking op de sloop van de Nijmeegse vestingwerken en stadspoorten vanaf 1876 tot 1880.

Uit de lijst van 100 werken, die ooit beschreven zijn (13) blijkt dat bijna alle straten waar Roelof gewoond heeft ook door hem zijn vereeuwigd. Met name de locaties van de volgende drie werkstukken liggen in de directe omgeving van zijn woonhuis: Ook de omgeving van Nijmegen blijkt Rudolphus aangetrokken te hebben. Hij schilderde bijvoorbeeld de Walrickruïne (Overasselt), de Meerwijk, de Ooij en het dorpje Zyfflich.

Al deze schilderijtjes, tekeningen en aquarellen bieden door hun topografische inhoud een blik op Nijmegen zoals dat in de vorige eeuw bevrijd werd van de vestingwerken. Het is aan Rudolphus te danken dat dit mogelijk is en dáárom wordt zijn naam nu vereeuwigd door de naar hem vernoemde straat.

Voetnoten

(1) Gerardus huwde Maria op 23.4.1786 (NH) / 7.5.1786 (RK).
Respectievelijk DTB 1184 Nijmegen blz 197 en DTB 1212 Nijmegen blz 289
(2) DTB 1212 Nijmegen blz 163 en DTB 1198 Nijmegen blz 121
(3) HA 122 Nijmegen d.d. 20.10.1825
(4) OA 365 Nijmegen d.d. 14. 9.1835
(5) HA 142 Nijmegen d.d. 5.11.1840, GA 539 Nijmegen 1841
BR 1829/50 Nijmegen B5-98
BR 1850/60 Nijmegen C3-48
Oppasser = militaire functie
Het beroep van Gerardus is niet bekend.
(6) De huizen werden (tot aan het eind van de 19e eeuw) niet per straat, maar per wijk genummerd.
(7) HA 31 Nijmegen d.d. 7.4.1815
(8) Dorothea en Catharina van Zutphen waren zussen.
(9) OA 276 Nijmegen d.d. 29.10.1816
(10) zie: De Gelderlander d.d. 26.5.1925
(11) "Beeldhouwer" moet hier niet als kunstvorm gelezen worden, maar eerder als houtbewerker of steenhouwer.
(12) BR 1829/50 Nijmegen B2-16, B2-20, B5-139
BR 1850/60 Nijmegen A2-53
BR 1860/70 Nijmegen A2-83
BR 1870/80 Nijmegen A3-54
(13) Deze lijst is in 1991 samengesteld door J.L.J. Lauwerier aan de hand van alle gepubliceerde beschrijvingen en reprodukties van werk van Rudolphus Lauwerier.


Het mag geen naam hebben...

Hierboven werd gemeld dat er in Nijmegen een straat naar een Lauwerier genoemd zou worden. Op de gemeenteraadsvergadering van 10 juni 1992 werd het voorstel hiertoe genomen. De bijlage bij het raadsvoorstel beschrijft Rudolphus Lauwerier als volgt:

"Grote bekendheid en verdiensten door het vastleggen van poorten en wallen van de stad. Meest bekende Nijmeegse kunstenaar binnen de stad."

Het "collegevoorstel" gedateerd 28 april 1992 en als raadsvoorstel 101/1992 onder agendapunt 15 behandeld omschrijft de plaats als volgt (onder punt 10):

"aan de straat , die een verbinding vormt tussen de onder 7 en 8 genoemde straten, de naam Rudolf Lauwerierstraat te geven met straatcode 23450".

De aanwezige Commissie Cultuur en Welzijn stemt met het voorstel in en de Raad besluit "conform het Collegevoorstel".
Bij de uitvoering van het besluit blijkt echter dat "zowel aan de Rudolf Lauwerierstraat als aan de Jan van Vucht Thijssenstraat geen bebouwing plaatsvindt" en dat daarom "naamgeving aan deze straten onderwerp van bespreking (is) geweest in de vergadering van de commissie voor straatnaamgeving van 25 november 1992" (14). Deze bespreking resulteert in een nieuw raadsvoorstel t.b.v. de raadsvergadering van 27 januari 1993:

"Zoals uit bijgevoegde en gewaarmerkte tekening LM 21880 blijkt, zijn er ten zuidwesten van de Praetoriumstraat twee straten gelegen waar geen bebouwing aan plaatsvindt.(...) Derhalve stellen wij voor de straatnamen Rudolf Lauwerierstraat en Jan van Vucht Thijssenstraat in te trekken" (15).

In de betreffende raadsvergadering besluit de raad onder agendapunt 310/1992 conform het voorstel. Het betreffende straatje mag dus geen naam hebben !
De Rudolf Lauwerierstraat was dus wel een heel kort bestaan geschonken: van 10 juni 1992 tot 27 januari 1993 heeft deze straat in Nijmegen bestaan. Misschien is het zelfs iets voor het Guiness Book of Records...

Voetnoten

(14) Eindadvies voor beslissing B en W., Publieksdienst Gemeente Nijmegen, Burgerzaken, bureau Gegevensbeheer, d.d. 27.11.1992 (opdrachtnummer 92002108).
(15) Raadsvoorstel Gemeente Nijmegen 310/1992, d.d. 15.12.1992



Laatste wijziging: 3 maart 2007